Rijtest Citroën ë-Berlingo, Fiat e-Doblò, Opel Combo Electric en Peugeot e-Partner: de olijke vierling

In basis zijn de ë-Berlingo, e-Doblò, Combo Electric en e-Partner natuurlijk dezelfde auto. Dankzij een eigen voorbumper en grille ogen ze echter allemaal anders. Van de vier heeft alleen de Opel andere koplampen: dit merk differentieert zich door geavanceerde LED-matrix lampen. Trots dragen de vier bestelauto’s hun beeldmerk op de grille. Uitgezonderd van het logo en de typenaam is de achterkant exact gelijk.

In het interieur is het verhaal niet veel anders. Hier vinden we dezelfde knoppen, hetzelfde scherm en hetzelfde stuur. Alleen Peugeot is hier de vreemde eend in de bijt: het dashboard van de e-Partner lijkt meer op dat van de personenauto’s van het merk. Dat betekent: een klein, sportief stuur en het instrumentenpaneel dichter bij de voorruit. Hierdoor kijk je niet door het stuur naar de metertjes, zoals bij de andere drie, maar over het stuur heen. Het geeft de Peugeot net even wat anders.

Op deze manier zijn de vier kleinste elektrische bestelauto’s van Stellantis net even anders. Ook in uitrustingsniveau wisselen ze, waardoor ze net anders in de markt komen en hun eigen klanten trekken. De één start je met een sleutel, terwijl de ander een startknop heeft. De één heeft een luxere bediening van de verwarming dan de andere. Een wereldwijd merk met lokale opties, noemt Stellantis het.

Wat de vier bestelauto’s gemeen hebben, is het fijne rijgedrag. Dat ligt dichter bij een elektrische personenauto dan bij een bedrijfsauto. Achter het stuur waan je je in een personenauto, al ben je wel omringd door een zee van hard plastic. Stellantis heeft met de verschillende merken al jaren ervaring met de elektrische aandrijving, en dat merk je. De rit verloopt soepel en stil. Vlot zijn ze zeker, deze bestelauto’s, maar niet snel. Dat is waarschijnlijk maar beter ook voor de lading achterin.

Er zit veel verschil tussen de drie rijstanden. In sportstand reageren de auto’s aanzienlijk scherper dan in de eco-stand. De mate van regeneratie is heel makkelijk te bepalen door peddels achter het stuur. Hierdoor kun je het afstemmen op de omstandigheden. Alle vier hebben ze de ‘magic mirror’, oftewel een scherm in plaats van een binnenspiegel. Het centrale scherm op de middenconsole is bij alle merken gelijk, al hebben ze hun eigen software. Het scherm is duidelijk en niet te groot. Het scherm achter het stuur heeft dan weer bij elk merk dezelfde indeling.

Uiteraard is ook de laadruimte van de Citroën ë-Berlingo, Fiat e-Doblò, Opel Combo Electric en Peugeot e-Partner even groot. De auto’s zijn te krijgen in twee lengtes. De korte versie heeft 650 kilo laadvermogen, de grootste variant neemt tot 1 ton lading mee. Dankzij een handige doorlaadoptie, die overigens niet elk merk heeft, kan lading tot 3,44 m meegenomen worden. Papieren en losse spullen berg je eenvoudig op in de vakken boven de voorruit. Heel handig is de middelste stoel, waarvan je de leuning kunt inklappen zodat een handig tafeltje ontstaat.

Boven alles zijn deze vier bedrijfsauto’s gewoon heel praktisch. Zeker met de dubbele deuren achter en aan beide zijden een schuifdeur kun je alle kanten op. Deze bestelauto’s zijn de perfecte mix tussen personenauto en bedrijfsauto. Hij rijdt als een personenauto, maar het heeft het laadvolume en praktische kenmerken van een bestelbus. Gecombineerd met een fijne elektrische aandrijving maakt het eigenlijk niet uit welke van de vier je kiest.