
Review DS NO8 FWD Long Range
In deel 1 hebben we de auto al min of meer voorgesteld. We hebben de presentaties van DS gehad over hoe ze de auto willen positioneren en met dat in het achterhoofd gaan we vandaag op stap met de voorwielaangedreven versie, voorzien van de grote accu van 97,2 kWh aan bruikbare capaciteit. Volgens DS zou je hier een rijbereik van 750 km mee moeten kunnen halen. Best bijzonder, want deze versie heeft volgens DS een verbruik van 15,9 kWh per 100 km. Zo’n waarde is op zichzelf al erg ambitieus, want we hebben het wel over een auto van ruim 4,82 meter lang, 1,59 meter hoog en maar liefst 1,9 meter breed. En het gewicht is met ruim 2.100 kg ook niet bepaald laag. Maar als we snel het sommetje maken met de accucapaciteit versus het opgegeven verbruik, komen wij op een rijbereik van 611 km. Dat is maar liefst 139 km minder, en zelfs dat rijbereik is al twijfelachtig, simpelweg omdat het een grote auto is.

3 fase
620 liter
Testverbruik en actieradius
Ons testverbruik met de AWD lag iets boven de 21 kWh per 100 km, waardoor je op een werkelijke actieradius van 462 km uitkomt. De volgende dag reden we met de FWD, die met een verbruik van 19 kWh per 100 km een actieradius van 512 km zou moeten halen. Inderdaad heel wat anders dan de opgegeven waarde, maar vergeleken met de concurrentie nog steeds prima. Dat de echte waarde zo afwijkt van de WLTP-testmethode, is eerder een verwijt aan de methode zelf dan aan de autofabrikanten.
WLTP is daardoor hooguit geschikt om een vergelijking te maken, en niet om de daadwerkelijke actieradius aan te geven. De accu is echt wel groot, dus als je hem afzet tegen de concurrenten zit je goed. Die kunnen zich niet meten met de DS. En dus kies je met de DS NO8 Long Range voor het hoogste rijbereik in zijn klasse. Vervolgens kregen we de diverse concurrenten te zien in een diagram prijs versus rijbereik.

Testrit in het hart van de horlogevallei
Onze rijtest vond plaats in een van de meest verfijnde regio’s van Europa: de Vallée de Joux, ook wel bekend als de Horlogevallei. Deze streek ten noorden van Genève, diep verscholen in het Zwitserse Juragebergte, staat wereldwijd bekend als bakermat van de handgemaakte Zwitserse horlogerie. Merken als Audemars Piguet, Jaeger-LeCoultre en Breguet hebben hier hun wortels, midden in het rustieke landschap van bossen, meren en slingerende bergwegen.

De eerste kilometers
We konden het de eerste dag niet laten en kozen meteen maar voor de duurste versie om mee te rijden: de vierwielaangedreven Jules Verne uitvoering. Deze uitvoering komt niet naar Nederland, de aandrijflijn wel. Met 350 pk en een kortstondige vermogensboost van 25 pk kun je in 5,4 seconden van 0 naar 100 km/u. Overigens geen aanrader om vaak te doen. Mocht je dat als hobby hebben, kun je beter naar een andere showroom gaan. Vanuit stilstand krijg je echt een schok en vlieg je vooruit. De vering is er duidelijk niet op afgestemd, waardoor het geheel nogal zwabberend van zijn plek komt.
Geen sportauto
Autofabrikanten kunnen door elektrificatie enorme motorvermogens en koppel onder de spreekwoordelijke motorkap schroeven, veel makkelijker dan vroeger met brandstofmotoren. Dat wil echter niet zeggen dat ze daardoor automatisch een sportauto neerzetten. In het geval van de NO8 levert de AWD met 350 pk meer dan je zou willen, waardoor je in combinatie met de adaptieve vering een auto krijgt die net niet lekker aansluit bij het gewenste karakter.
Neem de FWD
De FWD daarentegen sluit met 245 pk en 35 pk vermogensboost veel beter aan op het karakter van de auto. Overigens is deze versie ook niet sloom: van 0 naar 100 km/u accelereer je in 7,8 seconden en kun je nog steeds 1.400 kg trekken, mits je de optie met Load Transfer aanvinkt. Wat ons betreft de favoriet, en niet alleen vanwege de grootste actieradius.
Adaptieve vering
Wat ons betreft zou de adaptieve vering ook niet per se hoeven, maar die krijg je automatisch bij de Étoile uitvoering. We hebben met beide veringsystemen gereden, over bochtige en hobbelige wegen. Het lijkt erop dat de engineers al een prima klus hebben geklaard met de standaardvering, en dat de adaptieve vering er achteraf aan is toegevoegd. We konden tijdens onze test de meerwaarde er niet echt van ervaren.


Vanaf € 55.000: Pallas en Étoile
De Étoile uitvoering kost 7.000 euro meer dan de Pallas. De Pallas is standaard al voorzien van adaptive cruise control met Stop & Go en bi-zone airconditioning. Verder krijg je LED verlichting, elektrisch verstelbare voorstoelen en 19 inch lichtmetalen velgen. De Étoile voegt daaraan een uitgebreidere head-up display toe, adaptieve vering, lane change assist en de fraai verlichte grille met verlicht DS logo. Al met al kom je met metallic lak uit op 67.590 euro. Voor de trekhaak en het panoramisch dak betaal je elk 1.000 euro extra. Voeg je ook nog het comfort- en techpakket toe, dan zit je op 73.790 euro. Dat is veel geld, maar vergeleken met de concurrentie en wat je ervoor krijgt heb je sowieso de grootste accu met dito rijbereik en een auto die alles heeft wat je kunt bedenken. Het klinkt wat onlogisch omdat je bij deze prijsklasse niet direct aan DS denkt, maar je krijgt naast het fraaie design meer dan je zou mogen verwachten.
En dat premiumgevoel blijkt uit veel eigenschappen van de NO8. Alleen al de vele functies die min of meer voor jou zorgen na een lange werkdag, onderweg naar huis.


Interieur: vorm zonder in te leveren
De auto is ondanks zijn formaat en uitrusting opvallend scherp geprijsd. In die zin krijg je voor relatief weinig geld veel auto en uitgesproken features. Naast de buitenkant is ook het interieur van de DS NO8 zonder meer fraai vormgegeven. Unieke details, zoals de vorm van het stuurwiel. Je moet er echt een paar kilometer mee hebben gereden om te merken dat je duimen, die je doorgaans op de middenspijl legt, nu iets hoger liggen, maar dat levert juist een prettige houding op. De vorm staat de functie dus niet in de weg. De rest van het interieur bevestigt dat alleen maar. Focus op vorm, zonder in te leveren op functie. Functies die je vaak gebruikt, zijn met fysieke knoppen prima te bedienen. De rest regel je via het middenscherm. Je head-up display verstel je eenvoudig via de spiegelverstelling links. Geen ingewikkelde menu’s waar je drie keer op moet drukken, maar gewoon een goed bereikbare plek. Dat geldt eigenlijk voor het hele interieur. Ook over de materiaalkeuze is goed nagedacht. Waar andere merken enkel vegan aanbieden, kun je in de DS nog kiezen voor nappaleder. Het hoeft niet, maar het kan wel. Sommige elementen zijn gemaakt van geborsteld aluminium, al is dat een dun laagje, puur voor het premiumgevoel. Geen probleem, maar of iets premium aanvoelt of niet, bepaal je uiteindelijk zelf.
Binnenruimte
We reden met twee redacteuren, waarvan één meer dan twee meter lang is. Nu komt het echte Franse karakter naar voren, want daar is deze DS niet op berekend. Voorin te weinig hoofdruimte, en achterin blijft er dan ook weinig over. De schrijver van dit stuk is 1.85 meter lang en zat voorin prima, maar achter zichzelf was de beenruimte beperkt. Te weinig ruimte en door de hoogte van de accu ook geen ondersteuning van de bovenbenen. Dat zou het merk beter moeten doen.



Conclusie
De DS NO8 is geen allemansvriend maar juist daarom zo interessant. Hij kiest zijn eigen pad, qua design, qua interieur en zelfs qua rijervaring. Het is een auto die anders durft te zijn dan de rest. Geen anonieme elektrische SUV maar een uitgesproken en stijlvolle verschijning die meer in huis heeft dan je in deze prijsklasse misschien verwacht. Niet perfect, de binnenruimte schiet tekort voor lange mensen en de adaptieve vering voelt als een overbodige toevoeging, maar wel karaktervol. Kies je voor de FWD met grote accu, dan rijd je comfortabel, kom je ver, en vooral: je rijdt iets bijzonders. En dat is anno 2025 ook wat waard.
Voordelen | Nadelen |
---|---|
|
|
2 reacties
Markie Mark
12 maart, 2023
“If I had asked people what they wanted, they would have said faster horses.” –Henry Ford
Loesje Boom
12 maart, 2023
“If I had asked people what they wanted, they would have said faster horses.” –Henry Ford